Judith was vorige week onze logé. Ze heeft vroeger in Leiden gewoond, maar vertrok alweer 25 jaar geleden naar Spanje omdat zij het werken in het onderwijs (ze was lerares handvaardigheid) zat was. Er woonde al een broer van haar in de Alpujarras en zij besloot daar ook heen te gaan, een nieuw leven tegemoet. Ze verkocht haar huis en veel van haar spullen (die ze niet mee kon nemen), laadde haar 2 CV bestel (met gordijntjes voor de achterramen, want jaren tachtig, heh?) helemaal vol en ging het grote avontuur tegemoet. Na hard werken (ze was o.a. loodgieter, makelaarsassistent, autoverkoopster, stond op de markt, beschilderde en verkocht T-shirts etc.) kon ze tenslotte een stukje grond kopen in Orgiva en bouwde daar haar eigen huis.
Mevrouw Katblad heeft al die jaren contact met haar gehouden, en Judith komt elk jaar een paar dagen bij haar logeren om bij te kletsen en oude vrienden in Leiden te bezoeken.
Judith wilde graag ook een stukje schrijven over haar eerste kat, maar de tijd daarvoor ontbrak. Daarom besloot mevrouw K. haar te interviewen, en hieronder treft u het resultaat daarvan aan.
Mijn eerste kat heette Pommerol. Ik had hem genomen toen ik van Maastricht naar Leiden was verhuisd; ik had een kamer gevonden op de eerste etage aan de Witte Singel. Het is al heel lang geleden dus ik kan me niet meer heel veel van Pommerol herinneren, maar als ik tijdens schoolvakanties met mijn auto op bezoek ging bij mijn ouders in Maastricht, zat zij altijd tijdens de autorit op mijn schouder. Nee, dat zou nu niet meer mogen! Mijn vader hield niet van katten, had zelfs een hekel aan ze, maar natuurlijk werd Pommerol uiteindelijk zijn grootste vriendin. Mijn ouders hadden indertijd een patio-bungalow waar Pommerol heerlijk kon spelen. Ik ben eigenlijk nooit bang geweest dat ze weg zou lopen want de tuin was helemaal omsloten.
Later, toen ik mijn eigen huis in Leiden had, woonden de poezen Kloris en Roosje bij me. Roosje is ziek geworden toen ze ongeveer 8 jaar oud was; iets met haar nieren wat niet te verhelpen was, ik moest haar laten inslapen. Het was de eerste keer in mijn leven dat ik een hele dag achterelkaar heb lopen huilen, echt tranen met tuiten. (Heb je dat opgeschreven? Ja, dat wil ik er persé in hebben!) Omdat ik had besloten om naar Spanje te gaan en daar nog geen eigen onderkomen had, kon ik Kloris helaas niet meenemen. Ik had een nieuw huis voor hem gevonden, een boerderij met nog meer katten, maar hij kon daar niet wennen, het was geen kat om samen met andere katten te zijn. Hij is toen naar een oude dame gegaan en bij haar kon hij de hele dag op schoot liggen, daar werd hij heel gelukkig van.
In Spanje heb ik eerst een tijdje geen katten gehad. De katten daar waren ook heel anders: in Nederland waren het weldoorvoede theemutsen, in Spanje magere scharminkels met vooral veel vlooien. Spanjaarden hielden katten ook niet echt als huisdier, ze mochten niet in huis komen tenzij er muizen waren. Naar de dierenarts ging men niet met een kat, dus werden ze meestal niet ouder dan een jaar of zes.
Soledad was mijn eerste poes in Spanje. Ik noemde haar ook wel PoesPoes. Ze was altijd buiten, zwierf over het terrein, was soms nachten weg maar kwam dan ook wel weer terug. Ik geloof dat er toen nog geen kattenvoer te krijgen was en daarom kreeg ze allerlei restjes met rijst, en ze at ook wel met de hond mee. Verder ving ze zelf ook beestjes die ze opat. Toen Soledad ongeveer 10 jaar oud was, keerde ze op een dag niet meer terug naar huis. Ik denk dat ze weg is gegaan om te sterven, of ze is gegrepen door een loslopende hond.
Soledad kreeg vele kinderen, en die kon ik allemaal kwijt bij buren of kennissen. Ik hield ook wel eens een kleintje zelf, zoals Blanca; zij was een witte poes met een groen en een blauw oog. Zij kreeg ook weer een witte dochter die ik Sneeuwwitje noemde.
(Oude foto van Blanca, genomen door mevrouw K. toen zij een keer op vakantie bij Judith logeerde.)
Beide poezen kregen last van oorkanker. Ik dacht eerst dat hun oren beschadigd waren door vechtpartijen, maar toen jij (mevr. K.) hier een keer op vakantie was, vertelde je dat het waarschijnlijk kanker was, hoe heet dat ook alweer? Plaveiselcel-carcinoom, ja. Ze lagen ook altijd op het dak in de felle zon.... Beide witte katten zijn vrij jong gestorven door deze ziekte.
Ik heb trouwens ook een zoon van Soledad gehouden, en die noemde ik Eudipus omdat hij het graag met zijn moeder deed. Nee, het was in Spanje op het platteland niet zo de gewoonte om je katten te laten helpen, nu doe ik dat natuurlijk wel.
Moeder en zoon kregen enkele keren een nest, maar meestal waren deze kindertjes niet in orde en moest ik ze..... schrijf dat maar niet op.
Eén kind heb ik gehouden, Julietta. Ze was blind maar kon zich verder uitstekend redden.
(oude foto van mevrouw K, waarschijnlijk Julietta maar zeker weten doen we dat niet.)
Toch is Julietta tenslotte verdronken omdat ze in het waterbasin was gevallen. Ja, erg droevig.
Ik heb toen even geen katten meer gehad. Totdat er opeens een rood kitten in een olijfboom zat. Waarschijnlijk heeft iemand hem in die boom gezet omdat ie het beest kwijt wilde, en dachten ze dat die Hollandse wel goed voor hem zou zorgen. Ja, gelukkig dat ik hem zag zitten, anders was hij vast doodgegaan. Ik kon niet zo snel een naam voor hem bedenken, en toen jij hier kwam heb je voorgesteld hem Romeo te noemen, omdat ik dit katje zo lief vond dat hij zelfs bij me binnen mocht blijven slapen 's nachts. Ja, erg hilarisch als ik 's avonds over het land "Romeo! Romeo!" stond te roepen!
Romeo is, denk ik, maar net een jaar oud geworden; hij had een nieraandoening en was niet te redden. Ja, misschien bij jullie in Nederland wel, maar in Spanje (zuiden, platteland) zijn nog steeds niet zoveel medicijnen voor katten beschikbaar. Pas sinds kort zijn er van die pipetten tegen vlooien, en die gebruik ik nu ook voor Raya en Saffie. (Zie onze bijlage voor Judith's eerdere verhalen over deze twee haarfabrieken.)
Nog steeds worden katten bij ons in Spanje niet zo oud, hoogstens een jaar of tien. De katten krijgen als ze klein zijn een injectie, maar daarna niet meer. Wat dat betreft is het verschil nog steeds heel groot......
Welkom bij Het Leidsch Katblad
Wij brengen u afwisselend regelmatig en onregelmatig nieuws over stadskatten die wonen in de "Katbladbuurt" in het centrum van Leiden, Zuid-Holland. Wij nemen u af en toe mee op onze rondes door de buurt en doen verslag van gewone en bijzondere gebeurtenissen op straat en bij de redactie thuis.
De hoofdredacteur verklaart hierbij dat wij alle gebeurtenissen naar waarheid weergeven, maar maakt u er tevens op attent dat wij niet aansprakelijk zijn voor de door de haarfabrieken gedane uitspraken, hun taalgebruik en/of gedrag, en wijzen u er daarom nadrukkelijk op dat het lezen van dit Katblad geheel voor eigen risico is.
Zie voor meer info over de redactie en katten de linker kolom van deze digitale krant.
1 opmerking:
Zijn daar regels over, dat je geen kat op je schouder (meer) mag tijdens het rijden ?
En alweer zo'n vader die niet van katten houdt, maar uiteindelijk de grootste vriend van ze wordt :-) wat is dat toch met die vaders ?
Een reactie posten